Doel 3/Tihange 2: Evaluation of plant inspection results (in Dutch)

vastgesteld, maar “ voor acht indicaties wordt een amplitude boven de criteria vermeld ”. Bovendien werden – dixit het schrijven – data van sommige ‘indicaties’ nader geverifieerd, m.n. van “ de indicaties met de grootste impact op de structurele integriteit ” (sic – we werden toch verteld dat er geen impact was op de structurele integriteit )... Ook het verslagje van Bel-V bevat enkele merkwaardige zinsneden: “...un nombre très faible d’autres indications non notées en 2014 ”, “ quelques rares indications ont ... une variation d’amplitude supérieure de 0,5 à 1,5 dB au critère de non-evolution ”, d.w.z. boven het al dubieuze +6 dB criterium. Er wordt in het nieuwe Safety Evaluation Report (referentie: R-SER-17-001-0-f) geconcludeerd dat “de indicaties niet groeien ten opzichte van de vooraf overeengekomen acceptatiecriteria (sic). Slechts een kleine bloemlezing: bij de nieuwe inspec ties in Tihange in 2017 worden zo’n 60 “nieuwe” scheurtjes gevonden. Nader onderzoek van de oude datafiles met meetgegevens uit 2014 lokaliseert echter al deze 60 defecten, tot merkbare opluchting van de rapporteur van Areva (“ Après relecture des données de 2014 l’int égralité de ces soixante indications a été retrouvée ” – pagina 8 van het rapport). Dit roept niet alleen vragen op over hoeveel scheuren er nu effectief zijn, en of die inspectiemetingen wel zo rigied en betrouwbaar zijn als men de publieke opinie wil voorhouden. Dit zijn ze natuurlijk niet; elke fysische meting heeft zijn afwijking en nauwkeurigheidsgrenzen. De statistische analyse van deze 60 “nieuwe” scheurtjes toont echter ook enige interessante resultaten: - maximale afmeting in x-richting: 2014 = 34 mm; 2017 = 36 mm - maximale afmeting in y-richting: 2014 = 13 mm; 2017 = 15 mm Dat lijken op het eerste gezicht misschien niet zo’n grote veranderingen, maar het zijn wel toenames van 5 tot 15% na een bijkomende werkingsperiode van ca. 1 jaar. Bovendien: metaalscheuren van meer dan 3 cm werden in 2014 niet opgemerkt (!). In termen van mogelijke benaderende oppervlakten van de zogenaamde “vlokken” is het nog erger: een conservatieve benadering komt van ca. 400 mm 2 in 2014 tot meer dan 500 mm 2 begin 2017, een toename van 25%. En deze cijfers zijn symptomatisch. Wat is nu de realiteit? Wat staat er zoal te lezen in de (volledige) rapporten van Areva en hun bijlagen, die uiteindelijk nu ook op de website van het Fanc zijn verschenen?

Zo ook de statistische verdeling van de nieuwe meetresultaten – sorry dat het nu helemaal wat technisch wordt.

Van de 60 nieuw ontdekte defecten zouden er tussen 2014 en 2017 negen fouten ietwat ‘ kleiner ’ zijn geworden in de x-richting en 5 in de y-richting (sic), zie figuur uit het Areva-rapport hieronder. Veel van de metingen schommelen echter rond een normale nauwkeurigheid van + of - 0,5 mm, maar toch zijn er 30 (d.w.z. de helft) met toenames van 0,5 tot 3,5 mm in de x-richting en 19 met toenames van 1,5 tot 2,5 mm in de y-richting. Eén toename ligt daar zelfs tussen 3,5 en 4,5mm.

Niet gegroeid?... “ Geen toename van waterstofvlokken in Tihange 2 ” dixit de Fanc website...

8

Made with FlippingBook HTML5