KERNENERGIE - Nee bedankt, Ja graag?
den. De uitroeiing en verbranding van Heverleebos en Meer- daalwoud bijvoorbeeld, zou niet eens volstaan voor een volle dag nationale energieconsumptie. De relatieve energieaanwending verschilt niet zo sterk binnen West-Europa. In ons land wordt 40 % verbruikt in de industrie, tegen 30 % huishoudelijk verbruik, 14 % in de tertiaire sector, 12 % in openbaar en commercieel transport, en 4 °/o in de landbouw. Doordeindustri€leontwikkelingisenergierelatiefookuiterst goedkoop. Nemen we een gemiddeld gezin : 60 °/o van zijn ener- gieverbruik wordt besteed aan verwarming en warm water, 28 % aan autorijden cn 12 0/o is elektriciteit (verlichting, koken, koelkast, wasmachine, T.V., enz.). Voor een elektriciteitsver- bruik van 5.000 kwh per jaar wordt zowat 20.000 fr betaald. Omgerekend in menselijke arbeid zou dit gezin, om deze 5.000 kwh te produceren, over 15 a 20 slaven moeten beschikken die 365 dagen per jaar en 8u. per dag zouden werken; indien men ze zou betalen aan 150 fr. per uur zou dit zowat 12 miljoen per jaar kosten. En dit alleen maar voor de elektriciteit. De globale enercterekening zou voor dit gemiddelde gezin op het onmoge- lijke bedrag van 100 miljoen per jaar komen. En toch is energie ook relatief duur. De stijgende energie- prijzen resulteren thans voor ons land in een jaarlijkse aankoop van energie in het buitenland voor zowat 300 miljard frank. Per Belg, van baby tot ouderling, wordt er jaarlijks voor 30.000 fr. in vreemde deviezen betaald om te voorzien in onze nationale energiebehoeften.
3. Encrctebronncn en -vormen
Wat karakteristieken, milieu- en gezondheidsbelasting en prijs betreft, zijn er echter in het energiepatroon belangrijke verschil- len. Wanneer we de energiemogelijkheden overlopen, moeten we onderscheid maken tussen de bronnen en de vormen. Als energiebronnen kennen wij hout, de fossiele bronnen
12
i2:i:-,<`-i .----, L ` |.r .
Made with FlippingBook Online newsletter