E-book Kernenergie - Versie 1.01c

element dat nog een stabiel isotoop heeft is nr. 83 of bismuth, nl. Bi-209 of 83 209 Bi. De elementen vanaf nr. 84 (polonium of Po) tot 92 (uranium of U) hebben alleen radioactieve isotopen, waarvan er heel wat afkomstig zijn als dochterproducten van uranium-238 ( 92 238 U), van uranium 235 ( 92 235 U) en van thorium-232 ( 90 232 Th). Deze drie radioactieve isotopen zetten zó langzaam om, dat er nog heel wat dateren van bij het ontstaan van de aarde. Radioactieve isotopen zetten immers niet plots om door uit- straling van alfa of van bèta en ook niet alle even vlug. De omzetting is een statistisch verschijnsel dat met een bepaalde kans optreedt. De kans op omzetting per tijdseenheid, of de snelheid van desintegratie, wordt gekenmerkt door de tijd na dewelke er nog de helft van het oorspronkelijke aantal radioactieve kernen overblijft, d.i. de halveringstijd (cfr. Sectie 5-2). De halveringstijd van uranium 238 is 4,5 miljard jaar, deze van U-235 en van thorium-232 zijn 700 miljoen jaar, resp. 14 miljard jaar. Meestal zijn de halveringstijden heel wat korter, b.v. 24.000 jaar voor Pu-239 (plutonium), 5.730 jaar voor C-14 (een radioactief isotoopvan koolstof) of 4 microseconden voor Po-213 (polonium).

DE KOERS NAAR NIEUWE RADIOACTIEVE ISOTOPEN

4.4.

In 1934 konden Fréderic (1900-1958) en Irène (1897-1956) Joliot-Curie bij de bestraling van aluminium met alfadeeltjes aantonen dat een radioactief isotoop van fosfor (P-30 of

68

Made with FlippingBook Learn more on our blog